Ik ben onlangs weer eens
bij mijn huisarts op visite geweest. Voor mijn griepspuit, want de virologen hebben
gewaarschuwd voor “een zwaar griepseizoen”.
(Gaan we dan ook elke dag in het journaal een update krijgen van het oplopende aantal
griepbesmettingen en hospitalisaties?)
Maar ook om nieuwe
voorschriftjes te vragen voor al die pillen die ik slik.
Tegenwoordig krijg je
geen voorschrift op papier meer mee om bij de apotheker binnen te geven,
tegenwoordig gebeurt alles geheel en al elektronisch. De digitale wereld, weet
je wel. De apotheker “leest” je
identiteitskaart, en “ziet” daarop
wat de dokter heeft voorgeschreven. Dat houdt ook in dat je niet kan
controleren of de dokter wel alles heeft genoteerd wat je gewenst had.
Niet dus, zo bleek toen
ik in de apotheek stond.Ik kreeg wél de pilletjes
mee die ik volgens de dokter proactief moet nemen om te zorgen dat mijn
cholesterol niet te veel oploopt. Want een te hoge cholesterol kan later
aderverkalking veroorzaken. En ik kreeg wél de medicatie mee om mijn bloeddruk
niet te hoog te laten stijgen, want een te hoge bloeddruk kan leiden tot een
hartaanval. Te veel cholesterol en een te hoge bloeddruk: de typische “ouderdomskwaaltjes”. En daar wil mijn
dokter mij voor behoeden.
Ook heeft de dokter mij
een bloedonderzoek voorgeschreven om te controleren of mijn nieren niet te veel
last zouden hebben van die plaspillen voor mijn bloeddruk. En om te checken
of alles wel okee is met mijn prostaat, want op mijn ouderdom is er een verhoogd
risico op prostaatkanker.
Je kan dus niet zeggen
dat de dokter niet vooruitziend is en alert voor mogelijke toekomstige
problemen en kwaaltjes. En ik neem aan dat dát is wat een goede dokter ook moet
doen.
Maar wat de dokter
blijkbaar niet voorgeschreven had, zo merkte ik bij de apotheker, was de “Bètahistine” waar ik om gevraagd had.
Wat heel vreemd was, want zodra ik bij hem was binnen gekomen voor de
consultatie had hij zélf gevraagd of de Bètahistine
iets geholpen had. Ik heb hem kunnen laten weten dat ik geen enkele keer meer
had last gehad duizelingen of draaiingen of evenwichtsproblemen of
misselijkheid sedert ik die pil neem, en hij had heel tevreden gereageerd met
de bedenkingen dat de diagnose van Ménière
inderdaad correct was geweest. Ik was er dus van uit gegaan dat hij die “therapie” vanzelfsprekend zou verder
gezet hebben. Niet dus: hij was blijkbaar van mening dat het voortaan wel in orde
zou blijven. Of misschien heeft hij weinig vertrouwen in de (overigens onbewezen) werking
van dat medicijn. Maar ik herinner mij hoe het ons moeder vergaan is vanaf het
moment dat zij haar medicatie tegen Ménière
niet meer kon krijgen, en ik was daar niet gelukkig om. En dus heeft hij dat
nadien dan toch op een nieuw voorschrift gezet. Voor drie maanden. “En daarna zien we wel…”
Tot mijn grote verbazing
had hij ook geen Pantoprazole meer
voorgeschreven, de maagbeschermer die ik al zowat vijftien jaar neem en die mij
beschermt tegen de ergste aanvallen van brandende maagzuuroprispingen. Op mijn
verzoek om dat toch nog verder voor te schrijven, reageerde hij met de
suggestie om het eens zonder te proberen. Hij leek aan te nemen dat ik dat nog
louter uit gewoonte slik, en ik vermoed dat hij de gezonde mening toegedaan is
dat elke pil die we slikken er één te veel is. Maar het idee van dat giftige
maagzuur in mijn keel en mond vervulde mij met doodsangst, en omdat ik bleef
aandringen stelde hij dan maar voor om mij een lichtere versie voor te
schrijven. Dan zouden we wel zien hoe het daarmee zou gaan.
Nee, dat is geen klacht
over mijn huisarts. Het is een vriendelijke en verantwoordelijke geneesheer die
het beste met zijn patiënten voor heeft, die zijn patiënten met een minimum aan
medicatie probeert te helpen, en die ook nog eens een beetje verder vooruit
denkt. Kortom: een dokter zoals hij zou moeten zijn.
Maar ik ben niet zeker of
ik wel gelukkig ben met de uitdagingen die hij op die manier voor mij in petto
heeft. Misschien wil ik zélf liever dát wat nodig is om mij morgen goed te
voelen, dan wat mij binnen tien jaar uit de problemen zal houden (als
ik er dan nog ben)?
Naschrift:
Tot mijn grote spijt moet
ik toegeven dat mijn dokter wél gelijk had met zijn twijfels over de
werkzaamheid van Bètahistine. Want
het maandenlange goede gevoel bleek een vals gevoel te zijn, en puur toevallig.
Ik had moeten beseffen dat Ménière
lukraak en onverwacht kan toeslaan. En ik heb het geweten: onlangs heb ik
opnieuw een hele dag in bed gelegen, geplaagd door evenwichtsproblemen en
misselijkheid.
Ondertussen is ook het
gesuis, geruis, gezoem, gepiep en gefluit weer helemaal terug. Continu, onophoudelijk.
De hele dag door. En ook de evenwichtsstoornissen. Die vooral opduiken als ik
iets langer aan de computer zit, wat wellicht betekent dat ik niet meer elke
dag een stukje zal kunnen plaatsen. De hele tijd heb ik dan het gevoel dat ik
zal vallen of ergens tegenaan zal botsen.
De illusie van het
gunstig effect van die Bètahistine is
maar van korte duur geweest, helaas. Ik zal me daar dus moeten mee verzoenen.
In het vooruitzicht dat het mettertijd wel vanzelf zal beteren…
Reacties
Een reactie posten