“Is ons leven veranderd sinds we EuroMillions gewonnen hebben? Nee, niet
echt. Ik kan nog altijd niet kiezen. Zou ik voor onze dochter een witte pony
kopen? Of een zwarte? Ik koop gewoon een hele manege…”
Of: “Is
ons leven veranderd sinds we EuroMillions gewonnen hebben? Nee, niet echt. Ik
heb nog altijd koude voeten, maar op de Bahama’s heb ik daar minder last van…”
Het zou kunnen dat de
reclamespotjes voor EuroMillions
grappig bedoeld zijn: dat de “verhalen”
opzettelijk zó extreem en overdreven decadent zijn, dat ze grappig worden.
Het zou kunnen, maar dan kan ik die humor in
elk geval niet appreciëren. Ik vind de spotjes (op radio en op tv) vooral
wansmakelijk, stuitend en immoreel. Ik kan me ook niet voorstellen dat ik
daarin de enige zou zijn? En ik begrijp niet dat die reclamespotjes nog altijd
mogen en kunnen uitgezonden worden! Bestaat er niet zoiets als een controleorgaan
om “onethische” reclame te weren?
Jawel: de “Jury
voor Ethische Praktijken inzake Reclame” (JEP). Dat is een “zelfregulerend orgaan” van de reclamesector,
met als missie: “een eerlijke, oprechte
en maatschappelijk verantwoorde reclame verzekeren.” Hiertoe heeft de
reclamesector een aantal regels opgesteld waaraan een reclame- of publiciteitscampagne
moet voldoen. Zo gebeurt het regelmatig dat een reclame-affiche moet verwijderd
worden omdat ze “vrouwonvriendelijk”
is of “rol-bestendigend”.
Meer in het bijzonder voor de Nationale Loterij
zijn er specifieke regels opgesteld in een “Code
voor ethische reclame”. In die Code
staat ondermeer: “De reclame moet sociaal verantwoord zijn. De reclame mag niet
denigrerend zijn. De reclame moet voldoende en juiste informatie overbrengen,
zodat de gebruiker met kennis van zaken zijn of haar keuze kan maken.”
Dat is nu nét wat de
campagne voor EuroMillions niet is: ze is niet “sociaal verantwoord”, ze is wél “denigrerend” en ze brengt allesbehalve “juiste informatie” over. De campagne is
ronduit stuitend en decadent. En totaal onethisch. Ze is kwetsend voor heel
veel mensen die het met zo goed als niets moeten stellen, en ze blinkt uit in
een monsterlijk en oppervlakkig materialisme. En ze spiegelt de mensen valse
verwachtingen voor.
Of hoe zou een vader zich
voelen, die zich elke avond moet afvragen of hij de volgende dag wel iets van
voedsel zou kunnen vinden voor zijn kind, als hij die vader in dat spotje bezig
hoort die zich afvraagt welke pony hij voor zijn dochter zou kopen? En hoe zou
een dakloze zich voelen bij de prangende vraag van de lotto-winnaars in welk
van hun over de hele wereld gekochte huizen ze nu eens het weekend zouden
doorbrengen?
Maar blijkbaar ziet de
reclamesector daar allemaal geen graten in. Een publiciteit met een vrouw die
in de keuken bezig is, dat stuit op protest, want dat verwijst naar het
verfoeide oude rollenpatroon. Maar een spotje over decadente luxe is helemaal
okee…
Niet alleen is de
campagne moreel verwerpelijk, ze verheerlijkt ook de ultieme rijkdom van iemand
die miljoenen bezit (zonder daar zelf enige verdienste aan te hebben) en ze
propageert de zinloze aanwending van die rijkdom. Nooit wordt in zo’n spotje
gesuggereerd dat die plots verworven rijkdom op één of andere zinvolle en
positieve manier zou kunnen aangewend worden. In elk van de spotjes worden de
miljoenen op de meest decadente manier verkwist: een huis op elk continent, met
de privéjet op restaurant gaan, een manege kopen voor de dochter, of een
compleet amusementspark in de tuin. Het is ongetwijfeld grappig bedoeld, maar
het is pijnlijk en laag-bij-de- gronds.
Dat de campagne bovendien
uitgaat van een overheidsbedrijf (De
Nationale Loterij), maakt het voor wat mij betreft helemaal wraakroepend.
Dat een commerciële firma zich bezondigt aan vulgaire en decadente reclame, tot
daar aan toe. Maar de overheid zou toch een soort voorbeeldfunctie moeten
uitoefenen, niet? En dan is een slogan als “Word
schandalig rijk” allesbehalve een voorbeeld van de morele waarden die de
overheid zou moeten uit dragen.
Reacties
Een reactie posten