Wie houdt nog iets over?

Dat de loontrekkenden hier in België gigantisch veel moeten afdragen aan belastingen en aan de sociale zekerheid, dat weet iedereen. Maar ik wil het toch even concreet maken, kwestie van één en ander wat scherper te stellen.

Laten we uitgaan van 100 euro aan bruto loon voor een werkende mens. Daar moet ik al meteen bij vermelden dat mijn baas bovenop die 100 euro ook nog eens ”patronale bijdragen” moet betalen. Die bedragen zowat een kwart van mijn bruto loon, wat betekent dat mijn 100 euro inkomsten al een eerste keer de staatskas spijzen: met 25 euro.

Netto ontvang ik natuurlijk geen 100 euro, ik krijg er maar 55. De andere 45 euro gaan ook naar de staatskas, hetzij onmiddellijk, hetzij achteraf via de personenbelasting. Belastingen en sociale bijdragen (ziekteverzekering, pensioen).
Met mijn 55 euro wil ik toch ook een beetje proberen te sparen. Voor later: onze oude dag. En vooral voor de kinderen. Ik ga dus erg spaarzaam met mijn centjes om, en probeer zo’n 6 euro opzij te zetten. Verder zijn er nog de bijkomende belastingen: provincietaks en onroerende voorheffing, bijvoorbeeld. Daar ben ik al gauw ook 2 euro aan kwijt. Dan heb ik nog 47 euro te besteden. Aan de dagelijkse boodschappen en kleding, dokter en medicatie, en dies meer. En aan de vaste kosten waar ik niet onderuit kan en die een flinke hap uit mijn budget nemen: verzekeringen, de auto, telecom, elektriciteit en verwarming en water, huur of afbetaling van de woning, giften. Helaas betaal ik op de meeste van die uitgaven ook nog eens belastingen: BTW, accijnzen, wegenbelasting en wat ze nog allemaal konden verzinnen. Wat betekent dat ik met die uitgaven de staatskas bijkomend nog verder vul. Met minstens 10 euro.
Gelukkig brengt mijn spaargeld toch een beetje op, al is het dan niet erg veel. Zodat mijn 6 euro op het einde van mijn leven, als ik lang genoeg geleefd heb, aangegroeid is tot 9 euro. Waarbij ik tussendoor trouwens ook nog eens 1 euro aan de staat geschonken heb: de roerende voorheffing op mijn intresten of dividenden.
Als ik sterf, kan ik met een gerust gemoed bedenken dat ik mijn kinderen dan toch iets nagelaten heb, een financieel duwtje in de rug. Maar helaas wil de fiscus ook een deel van de erfenis. Van het klein beetje dat ik mag overhouden na alle belastingen die ik onderweg al heb moeten betalen, wordt er ook daarvan nog eens ongeveer 25% of iets meer afgeroomd. Wat betekent dat mijn kinderen met wat meeval nog 6,5 euro zullen overhouden.

Kortom: met die 100 euro die ik verdiend heb, kan ik mijn kinderen op het einde van mijn leven 6,5 euro nalaten. De staat en de sociale zekerheid, die hebben met mijn noeste arbeid 25+45+2+10+1+2.5 of afgerond 85 euro ingezameld.

Waarmee ik bij mijn originele vraag kom: “Wie houdt er nog iets over van wat hij/zij met hard werken verdient?” Zeker niet de kinderen, want die komen er helaas maar bekaaid vanaf! De Staat daarentegen, die heeft erg mooi geïncasseerd: die houdt er alles samen bijna mijn brutoloon aan over.

En dan zou een mens toch mogen verwachten dat daar iets fatsoenlijks mee gedaan wordt, niet? Dat alle diensten soepel en vlot zouden draaien, dat de wegen en infrastructuur goed onderhouden worden, dat er middelen zouden zijn om de armoede te bestrijden, dat er voor de ouderen en kwetsbaren gezorgd wordt. Jammer genoeg blijkt dat een illusie, want de pijnlijke realiteit is dat niets van dat alles ook werkelijk gebeurt.

Zodat ik me samen met u afvraag: “Waar gaat mijn 85 euro dan wel naartoe?”

Reacties

Populaire posts van deze blog

Welcome Home

School

Diagnose