Dovemansgesprek

“Goeiemorgen, Volodymyr. Alles goed met jou?”

“Wat dacht je, Vladimir? Niet zo goed, hee. Of wat had je verwacht? … Waarvoor bel je eigenlijk?”
“Niet zo dramatiseren, Volodymyr. Mag een goede buur niet eens bellen om je een goeiedag te wensen?”
“…”

“Zeg, waarvoor ik bel. Dat mooi stukje van je tuin dat aan de mijne grenst, heb je dat eigenlijk nog nodig?”

“Natuurlijk heb ik dat nog nodig! Dat is een deel van mijn land! Waarom vraag je dat?”

“Tja… Ik dacht zo… Je gebruikt dat stukje toch niet. Je komt er nooit, en je bewerkt dat niet.”

“Ja zeg! Ik kom daar niet omdat je mij altijd afdreigt als ik daar een voet zet. Je verwijt me dan dat ik te dicht bij jouw afsluiting kom, en je staat elke keer met een knuppel gereed! Dan is het logisch dat ik daar weg blijf, niet?”
“Precies ja: zoals ik al zei. … Als je daar toch nooit komt, dan heb je dat stukje land niet nodig. Dan heb je er zeker ook geen bezwaar tegen dat ik mijn afsluiting een beetje verplaats en dat stukje bij mijn tuin voeg. Of wel?”
“Natuurlijk heb ik daar bezwaar tegen. Dat is mijn land en jij moet daar af blijven. En je moet stoppen met mij af te dreigen als ik te dicht in de buurt kom.”
“Dan is dat geregeld, hee, Volodymyr. Morgenochtend laat ik de omheining verplaatsen. Een fijne dag nog! Het is altijd om leuk om even te babbelen.”

“Goeiemorgen, Joe. Alles goed met jou?”

“Natuurlijk niet, Vladimir. Ik heb zopas telefoon gehad van mijn vriend Volodymyr. Dat was géén leuk gesprek. Ik ben verschrikkelijk boos! Je had beloofd om zijn tuin met rust te laten, en nu wil je er toch stukken van afpakken!”
“Je overdrijft, hee, Joe. Ik heb niets afgepakt wat hij nodig had. Dat stukje tuin, daar deed hij al lang niets meer mee, dat lag daar gewoon te verkommeren. Ik had daar vorig jaar toch al een keer pompoenen gezaaid en niemand heeft mij tegen gehouden. Dus eigenlijk was dat stukje al langer van mij. Of niet? Mijn pompoenen hebben het trouwens bijzonder goed gedaan. Het is heel vruchtbaar land. Jammer dat Volodymyr dat zomaar ongebruikt liet liggen.”
“Je begrijpt toch dat je hier niet zonder meer mee weg komt, hee, Vladimir? Dit kan echt niet ongestraft! Er zijn regels. Je kan zomaar geen land van een ander afpakken!”
“Maar Joe toch, je windt je veel te veel op! Dat is niet goed op jouw leeftijd, dat weet je wel. Ik zeg je toch dat ik dat niet afgepakt heb! Het was al van mij, want ik had het al gebruikt, en hij niet.”
"Je weet heel goed dat Volodymyr daar wel moest weg blijven omdat jij hem elke keer afdreigde als hij te dicht kwam. Zo gemakkelijk kom je er niet vanaf, Vladimir! Ik bel direct met Xi om te horen wat hij daarvan denkt. Je zou dat stukje grond beter onmiddellijk terug geven als je weet wat goed voor je is! Anders zal niemand nog pompoenen van je willen kopen…”
“Verzorg je goed, Joe. En luister niet te veel naar het geweeklaag van Volodymyr, die vindt altijd wel een reden om te klagen. En Joe… Voor ik het vergeet: als je hem nog eens aan de lijn hebt, vertel hem dan maar dat ik niet alleen dat stukje met mijn pompoenen binnen mijn omheining zal zetten, maar ook de hele moestuin errond. Hij kan daar voortaan dus maar beter uit de buurt blijven. Voor zijn eigen welzijn. Ik ben niet gediend met een agressieve buurman op mijn grondgebied!”

“Goeiemorgen, Xi. Alles goed met jou?”

“Ja hoor, Vladimir. Prima. En met jou?”

“Kan niet beter! Zeg… Heeft Joe je al gebeld?”

“Ja, zopas. Hij klonk heel erg boos. Je hebt hem serieus op de zenuwen gewerkt, precies. Je moet toch een beetje voorzichtig blijven en hem niet zo erg op stang jagen, hee. De man is stokoud en zijn hart is niet meer zo goed.”
“Ja, ik weet het, Xi. Maar hij bleef maar zagen over dat stukje grond van Volodymyr. Denkt hij nu echt dat ik dat ga terug geven omdat Volodymyr bij hem gaan klagen is.”
“Ik begrijp het, Vladimir. Maar trek het je verder niet te veel aan. Joe zal er niet blijven over zagen. En dan nog: er is niet veel wat ze ertegen kunnen doen, hee?”
“Dat is waar. Maar Joe sprak over straffen en zo. En hij ging daar jouw steun voor vragen. Je gaat dat toch niet doen, neem ik aan?”
“Dat klopt, Vladimir, Joe wilde van mij weten hoe ik hem zou kunnen helpen om jou op andere gedachten te brengen.”
“En wat heb je gezegd?”

“Dat ik niets voor hem kon doen, en dat hij de kwestie best gewoon zou vergeten. Volodymyr zal nog wel een tijdje blijven janken, maar ook dat zal wel over gaan.”

“Dankjewel, Xi. Je bent een goede vriend.”

“Graag gedaan, Vladimir. En… by the way: er ligt hier voor mijn kust een klein eilandje dat ik graag als buitenverblijf zou overnemen. Ik neem aan dat jij daar geen probleem mee hebt?”

Reacties

Populaire posts van deze blog

Welcome Home

School

Diagnose