Belgenmop

We beleven donkere en droeve tijden. Dat valt niet te ontkennen. Een mens zou er gedeprimeerd bij raken. Hoog tijd dus voor een beetje humor, zodat we tussen alle ellende door ook eens kunnen lachen. En wat kan daar beter voor zijn dan een goeie klassieke “Belgenmop”?

Zoals elk zichzelf respecterend land zou ook België oorlogsmaterieel leveren aan Oekraïne. Zodat wij ook ons steentje zouden bijdragen om de oorlog nog wat langer te laten duren. De oorlogsindustrie ziet het allemaal graag gebeuren. Niet alleen worden enorme hoeveelheden wapens gekocht voor de oorlog die nu bezig is, maar meer en meer landen gaan ook hun defensiebudgetten optrekken voor later, je weet maar nooit.

Jammer genoeg heeft ons Belgisch leger zelf bijna geen wapentuig meer, in elk geval geen zwaar materieel. We hebben immers jarenlang gesnoeid in onze defensie. (En waarom niet, trouwens? Waar zouden wij al die zware wapens voor nodig hebben?) Gelukkig kwam onze regering op het lumineuze idee om onze oude pantservoertuigen aan Oekraïne te schenken. Het gaat om middelzware artilleriestukken van het type Houwitser M109, waar Oekraïne zelf om gevraagd had. (Een pantserhouwitser ziet eruit als een tank. Maar in tegenstelling tot een tank, die rechtdoor schiet en zicht moet hebben op het doel, worden houwitsers een heel eind achter de frontlijn ingezet. Ze schieten in een boog over lange afstanden tot wel 40 kilometer.)
Al was daar een kleine complicatie bij: die oude houwitsers had het leger in 2015 al “als oud ijzer” verkocht aan “Flanders Technical Supplies”, een bedrijf in Oudenaarde. Geen probleem: we zouden die gewoon terugkopen, en in een gulle geste aan Oekraïne schenken. Al was die “geste” nu ook weer niet zó gul: we hadden ze indertijd voor 19.000 euro per stuk verkocht, en zouden die wel voor dezelfde prijs kunnen terugkopen. Toch? Niet dus. Het bedrijf had die ondertussen al verkocht. Aan… Oekraïne, voor méér dan 10 keer de aankoopprijs. Oeps!

Dit ietwat pijnlijk voorval lokte uiteraard onmiddellijk scherpe reacties uit van de oppositie in het federaal parlement, met name vanuit de N-VA. Waarop de regering zich verdedigde met de subtiele bemerking dat in 2015, op het moment dat die pantservoertuigen “als oud ijzer” aan FTS verkocht werden voor een habbekrats, de minister van Defensie een N-VA’er was: Steven Vandeput. En dat de N-VA dus niet al te luid moest roepen.

Tot bleek dat de beslissing om die artilleriestukken van de hand te doen, eigenlijk al dateerde van 2003, toen de minister van Defensie iemand van de PS was, André Flahaut. En de PS is de partij waartoe toevallig ook de huidige Defensieminister, Ludivine Dedonder, behoort. Helemaal verbijsterend werd het toen bleek dat de pantservoertuigen vlak voor die beslissing nog een “upgrade” hadden gekregen door een Waalse wapenfabrikant. Kostprijs van dat grapje: 21 miljoen euro. Weggegooid geld, dus. Want ondanks die “upgrade” werden de stukken toch gewoon afgedankt als “oud ijzer”. Van die “upgrade” is alléén de Waalse wapenfabriek beter geworden.
De meeste van die artilleriestukken werden in de jaren na 2003 hier en daar voor een spotprijsje verkocht, maar in 2015 stonden er nog altijd 64 te verkommeren, want al in 2003 afgedankt. En die zijn dus in 2015 opgekocht door FTS. Die daar later blijkbaar een heel mooie winst op geboekt heeft. Eerst, in 2018, door de verkoop van 36 stuks aan Indonesië. Voor 9 miljoen! En nu dus aan Oekraïne.

Is dat geen goeie grap? Al zou het kunnen dat u, net als ik, eerder groen lacht…

Reacties

Populaire posts van deze blog

Welcome Home

School

Diagnose