Klimaatverandering

Dat ons klimaat drastisch aan het veranderen is, en dat de Aarde, globaal gezien, aan het opwarmen is, daar bestaat geen enkele twijfel meer over. Wie dat dezer dagen nog durft te ontkennen, is ofwel ziende blind ofwel een perverse leugenaar. Maar op de vraag of dit allemaal de schuld van de mens is, is het antwoord vermoedelijk niet zo “zwart wit” als waar de klimaatbewegingen ons willen van overtuigen.

Want het is heus niet de eerste keer dat de gemiddelde temperatuur op Aarde drastisch en angstwekkend snel aan het stijgen is. Onze Aarde heeft dat allemaal eerder al meerdere keren meegemaakt. Lang voor de mens op het toneel verschenen is, trouwens. Al miljoenen jaren lang varieert de globale gemiddelde temperatuur op de Aarde, in opeenvolgende cycli van bar koud (ijstijden) en erg warm (interglacialen). Die cyclische temperatuurschommelingen zijn vooral te wijten aan veranderingen in de beweging van de Aarde tegenover de zon. Daar blijken twee parameters een heel belangrijke rol bij te spelen: de hoek van de aardas ten opzichte van omloopbaan en de mate waarin de baan rond de zon al dan niet elliptisch is.

De Aarde is eigenlijk een soort tol, die niet alleen rondjes draait rond de zon, maar die ondertussen ook nog eens om zijn eigen as draait. En die tol-as, die staat niet loodrecht op de baan rond de zon: dat heet “precessie”. Op dit moment bedraagt de precessie-hoek (de afwijking ten opzichte van de loodlijn op de omloopcirkel) 23.5°. Gedurende een periode van ongeveer 40 duizend jaren varieert de overhelling naar de zon toe tussen 22.1° en 24.5°. Een grotere hoek, zoals nu, betekent een groter contrast tussen de seizoenen op aarde, dus warmere zomers en strengere winters. Een kleinere hoek wil zeggen koudere zomers en mildere winters. Ook de vorm van de aardbaan varieert in de loop der jaren: van elliptisch tot bijna cirkelvormig. In een periode van 90 duizend tot 100 duizend jaren. Wanneer de omloop elliptisch is, is de hoeveelheid straling ontvangen in het “perihelium” (punt dichtst bij de zon) 20 tot 30% groter dan de straling ontvangen in het “aphelium” (punt verst van de zon), wat resulteert in een heel ander klimaat met meer extremen. Als de aardbaan min of meer cirkelvormig is, is de hoeveelheid straling op elk punt van de aardbaan ongeveer dezelfde.
Dit verklaart waarom we in de voorbije 800.000 jaar zowat om de honderdduizend jaar een piek bemerken in de globale aardtemperatuur. En ook nu, in deze periode (punt 0 in de grafiek, waar onderaan de duizendtallen in het verleden aangegeven zijn), is er een piek te zien. Wat dus overeenstemt met de klimaatverandering die we beleven.
(Bron: https://klimaatveranda.nl/tag/interglacialen/  )



Daarnaast is er ook het “natuurlijk broeikaseffect”. Ongeveer de helft van de inkomende zonnestraling, die de atmosfeer binnendringt, bereikt het oppervlak. Het aardoppervlak zendt de geabsorbeerde straling terug uit onder de vorm van thermische infrarode straling. Deze straling wordt voor een groot deel weer door de atmosfeer geabsorbeerd. De atmosfeer zendt op haar beurt de geabsorbeerde straling in alle richtingen uit, dus ook in de richting van het aardoppervlak. Deze infrarode straling is dus een extra bron van energie voor het aardoppervlak. De temperatuur nabij het oppervlak is daarmee hoger dan wanneer er geen atmosfeer zou zijn, en dat is wat we verstaan onder “natuurlijk broeikaseffect”. De bijdrage van elk broeikasgas aan het totale broeikaseffect is afhankelijk van de golflengten die worden geabsorbeerd en van de atmosferische concentratie. Dankzij het “natuurlijk broeikaseffect” bedraagt de gemiddelde mondiale temperatuur ongeveer 15°C. Zonder die “atmosferische tegenstraling”, zonder broeikasgassen dus, zou de gemiddelde temperatuur op aarde niet hoger uitkomen dan -18°C en zou de Aarde voor de mens niet leefbaar zijn.

De belangrijkste “broeikasgassen” zijn waterdamp, koolstofdioxide (CO2), methaan en lachgas. En zo komen we bij de bezorgdheden van vandaag: de bijdrage van de mens aan de concentratie van “broeikasgassen”, in het bijzonder methaan en CO2.

Niemand kan ontkennen dat de moderne mens heel veel CO2 produceert, en dus bijdraagt aan de toename van broeikasgassen in onze atmosfeer. Maar het getuigt van een enorme arrogantie en eigendunk te denken dat wij de enige, of belangrijkste, reden zijn voor de klimaatverandering. Van bij het ontstaan van de Aarde, lang vóór de mens verscheen, zijn er voortdurend drastische klimaatveranderingen geweest. En die zullen er ook nog altijd zijn nadat de mens al lang van de Aarde verdwenen is. Het is vreemd dat de klimaatwetenschappers dat gegeven consequent negeren.

De mens is heus niet “het middelpunt van de wereld”, de “allesbepalende factor” die we pretenderen te zijn. We zijn maar één van de vele pionnetjes op deze Aarde. En de natuur gaat voor een groot deel haar eigen gang, zoals ze dat al vele miljoenen jaren doet.

Dat wij onze impact, ten goede of ten kwade, systematisch overschatten, bewijst hoe egocentrisch en pretentieus wij denken. Al heeft het misschien niet zozeer met eigendunk te maken, maar eerder met een uitgekiende commerciële zet van (internationale) spelers die veel geld verdienen aan onze (geldverslindende) inspanningen om de CO2-uitstoot te beperken, en die in de klimaatbewegingen een gewillige spreekbuis gevonden hebben.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Welcome Home

School

Diagnose