Verdraagzaamheid

Velen onder u zullen zich als kind ook wel schuldig gemaakt hebben aan de zonde van “belletje trek”, vermoed ik. Ik heb het in elk geval wel gedaan, samen met een paar vriendjes. Op de deurbel drukken en dan zo hard mogelijk gaan lopen. Bij voorkeur tot op een plaats waar we het slachtoffer toch nog konden zien. Ik geef toe dat het niet iets is om trots op te zijn, al vonden we het indertijd bijzonder plezant en zagen we er geen kwaad in.

Voor diegenen die keer op keer tevergeefs de deur kwamen open maken, was het iets minder plezant. En wellicht op den duur ook erg vervelend en irriterend. Vandaar dat er met enige boosheid gereageerd werd, en dat wij een ferme tirade moesten incasseren als we betrapt werden omdat we niet rap genoeg weg waren.
Maar zó erg gingen de “gedupeerden” indertijd niet te keer als die man die, kort geleden, de “dader”, een negenjarig meisje, met een bijl achterna gegaan is. Toen een aantal omstaanders het kleine meisje in bescherming wilden nemen, heeft de man naar één van hen uitgehaald met zijn bijl en de getroffene is met ernstige verwondingen naar het ziekenhuis gebracht.

Ik vertel dit verhaal als voorbeeld van mijn stelling dat onze moderne Westerse samenleving ontzettend onverdraagzaam geworden is. Onverdraagzaam en heel erg licht geraakt. We kunnen niets meer van een ander verdragen en we ergeren ons bij het minste.

Dat was ook het eerste wat bij mij op kwam toen ik las dat een inwoonster van Merchtem naar de Raad van State was getrokken om te bekomen dat de zomerbar “Zanzibar” moest sluiten. “Zanzibar” is een “pop-up zomerbar” waar de inwoners van Merchtem, en omstreken, in de zomermaanden terecht kunnen om te genieten van elkaar, van een drankje, en van muziek. Om te vermijden dat mensen té veel last zouden hebben van nachtlawaai, was die zomerbar uitgeweken naar een landbouwterrein, ver van de dorpskern. En er waren strikte richtlijnen omtrent de maximale geluidssterkte. Volgens het gemeentebestuur van Merchtem, dat de vergunning verleend had, hield de organisatie zich aan de richtlijnen, en was er dus niets aan de hand. Maar er was één inwoonster die meende last te hebben van lawaaihinder. En die is naar de Raad van State gestapt.
Een zelfde signaal van onverdraagzaamheid meen ik te detecteren in het bevel van de burgemeester van La Roche aan een grote scoutsgroep om hun kamp te ontruimen. Ik ken de precieze omstandigheden niet, en het zou kunnen dat de klachten van de buurtbewoners gerechtvaardigd zijn. Ik zou het ook niet leuk vinden als een bende (zatte) scouts ’s nachts in mijn tuin zouden rondlopen, en nog minder als ze daar hun afval zouden achterlaten of er zelfs hun behoefte zouden doen. Misschien zijn die scouts, vooral dan de leiders, echt wel zwaar in de fout gegaan, en had de burgemeester wel gelijk om hen uit zijn gemeente weg te sturen. Ik weet het niet. Het is nu eenmaal, helaas, een feit dat de jeugd dezer dagen alsmaar minder respect lijkt te tonen voor anderen of voor iemands eigendom. Of simpelweg voor om het even welke regels. Maar anderzijds zou het ook kunnen dat wat vroeger getolereerd werd, nu niet meer geaccepteerd wordt omdat de onverdraagzaamheid is toegenomen. Of misschien is het een samenspel van de beide jammerlijke evoluties?
De Scoutsleiding is trouwens naar de Raad van State gestapt om het bevel van de burgemeester ongedaan te maken, omdat ze vinden dat de verplichting om het Scouts-kamp op te breken “niet proportioneel” was. (Waarmee ze wél toegeven dat er dingen fout gelopen zijn…) En ze hebben gelijk gekregen: ze mogen blijven. Al vermoed ik dat de gastvrijheid van de gemeente een flinke knauw zal gekregen hebben.

Feit is wel, en dat staat buiten kijf, dat de onverdraagzaamheid schrikwekkend sterker wordt. En dat mensen alsmaar heftiger reageren op iets, of iemand, wat op hun systeem werkt. En dan nemen sommigen zelfs hun toevlucht tot regelrecht geweld.

Of ze stappen naar de Raad van State. Ook dát is een typische evolutie in onze onverdraagzame samenleving: de mensen lijken de weg gevonden te hebben naar de Raad van State, om hun gelijk te halen bij om het even welke futiliteit. De oorspronkelijke bedoeling van de Raad van State was om de burgers een mogelijkheid te bieden zich te verzetten tegen administratieve willekeur of tegen niet-correcte wettelijke bepalingen: “De taak van de Raad van State als bestuurlijk rechtscollege is het schorsen van de tenuitvoerlegging en/of het vernietigen van bestuurshandelingen die strijdig zijn met de geldende hogere rechtsregels.” De mannen en vrouwen die in de Raad van State zetelen, zijn ervaren rechtsgeleerden, advocaten en dergelijke: mannen en vrouwen die héél erg goed betaald worden. Wie dus een spoedprocedure bij de Raad van State start, weet dat dit een erg duur grapje wordt voor de Belgische Staat (maar niet voor de klager, want de procedure is blijkbaar gratis). Dan zou je denken dat een procedure bij de Raad van State alléén zou gestart worden voor belangrijke zaken, voor discussies van fundamenteel belang. Toch? En dan zou je denken dat de Raad van State zelf erg selectief zou zijn en zich niet over stomme banaliteiten gaat buigen. Toch? Maar blijkbaar niet: iedereen kan voor de stomste klacht bij de Raad van State gaan aankloppen, en die klacht wordt altijd behandeld. Met spoed als het moet. Bizar, vind ik.

Het resultaat is dan ook dat meer en meer onverdraagzame burgers bij de Raad van State gaan klagen over hun medemens. En in heel veel gevallen krijgen ze nog gelijk ook. Waarmee ze in hun onverdraagzaamheid bevestigd worden…

Reacties

Populaire posts van deze blog

Welcome Home

School

Diagnose