Ja, ik geloof in de
wetenschap. Ook al wordt die heel dikwijls door de mens misbruikt met wrede en
egoïstische doeleinden. En ik geloof in de kracht van de informatica. Ook al
wordt ook die al te veel misbruikt.
Maar als de wetenschap tot
doel heeft om Captain Kirk tot op honderd kilometer hoogte te katapulteren,
louter voor de sensatie, dan haak ik af. Als de wetenschap alléén maar dient om
het ego van de superrijken te “boosten”,
dan haak ik af.
En als de informatica in
de plaats komt van menselijke creativiteit, dan haak ik ook af.
Ik viel zowat van mijn
stoel toen ik dit bericht las: “Met de
hulp van artificiële intelligentie (AI) werd Beethoven’s 10e symfonie afgewerkt
zoals de componist het eeuwen geleden bedoeld zou (kunnen) hebben.” De “Tiende symfonie van Beethoven”? Niet
echt, hee. Voor mijn part mag men zo veel met Artificiële Intelligentie experimenteren als men wil, ik geloof er
ook vast in dat AI ons in de toekomst
nog grote diensten zal kunnen bewijzen. Maar noem het dan geen “symfonie van Beethoven”, want dat is het
totaal niet. Het is zelfs geen kunst, het is gewoon een computerprogramma, een
“experiment”.
Dezelfde bedenkingen had
ik ook toen op het journaal aangekondigd werd dat schilder David Hockney voortaan zijn “schilderijen”
met de iPad zal maken. De man mag dan wel een wereldberoemd schilder zijn,
wiens kunstwerken héél duur verkocht worden, maar wat hij met zijn iPad maakt,
is géén “schilderij”. En het is ook
geen “kunst”. Het is “artificieel”, het is “fake”. Iedereen die een beetje handig is
met een tablet of een computer zou dit trouwens evengoed kunnen gemaakt hebben.
Maar blijkbaar volstaat het om er de naam David
Hockney aan te linken om het voor “kunst”
te laten door gaan. (En extreem duur te verkopen.)
De trend is al een tijdje
aan de gang om “virtuele kunst” op te
hemelen. Denk maar aan de opgang van de “NFT’s”,
de “non fungible tokens”, waarvoor
een fortuin wordt neergeteld. Zoals de “allereerste
tweet”, of de collage van enkele
duizenden foto’s op een computerscherm. Onlangs werd zelfs een YouTube filmpje
geveild. Het filmpje dat in 2007 voor het eerst op YouTube te zien was, en
ondertussen al méér dan 550 miljoen keer bekeken werd, werd onlangs ook “verkocht”. Zodat het voortaan alléén nog
maar door de gelukkige koper zal kunnen bekeken worden, en het van YouTube zal
verdwijnen. Die gelukkige koper had er blijkbaar iets meer dan 760.000 dollar
voor over.
Ik begrijp het allemaal
niet zo goed. Vanwaar opeens die hype rond NFT’s? Hoe komen mensen erbij om een
fortuin uit te geven aan iets wat niet eens tastbaar is? Aan iets waar ze
totaal niets aan hebben, behalve dan dat ze kunnen zeggen dat ze er de “eigenaar” van zijn?
Minder “virtueel”, maar even waanzinnig is dat “kunstwerk” van Banksy dat onmiddellijk na het afkloppen van de veiling door de
papierversnipperaar gemangeld werd. Blijkt nu dat de eigenaar van het
versnipperd schilderijtje haar aanwinst, waarvoor zij 1,2 miljoen euro betaald
had, later alweer verkocht heeft. Voor iets minder dan 22 miljoen euro. Zou ik
de enige zijn die zich daar misselijk bij voelt?
Het lijkt mij dat die
superrijken soms zó ver van de realiteit weg gegroeid zijn, dat ze zelfs het “virtuele” als “echt” gaan beschouwen. Wat trouwens evengoed geldt voor de “ruimtereis” van Captain Kirk op 12
oktober vorig jaar: het was niet eens een echte ruimtereis, ook al wordt het
wél zo voorgesteld…
Reacties
Een reactie posten